Feeds:
Berichten
Reacties

Posts Tagged ‘spruitjes’

Misschien zijn er ooit al dode momenten in uw leven geweest, waarop u zich dingen hebt afgevraagd. Dingen die te maken hebben met uw eigen leven, maar misschien ook iets breder dan dat. Levensbeschouwelijke vragen. Misschien stelde u zichzelf de vraag hoe het kwam dat u al die dode sterren toch nog kan zien, of hoe het komt dat de zeekoe geen zoute melk geeft. Hopelijk hebt u daar uiteindelijk een antwoord op gekregen, al was het dan één dat misschien niet aan uw wensen voldeed. Ik had onlangs zo’n probleem, waardoor ik van arrenmoede de slaap niet kon vatten. Het was iets dat mij ter ore kwam terwijl ik toevallig een gesprek opving tussen twee oude dames: purperen blos op de wangen, de geur van acacia tegen die van sanseveria. Het ene oude dametje zei tegen de ander: ach, ach, Prunia, het sop is de kool niet waard.

Dat bracht me aan het denken

Eerst hechtte ik er niet al te veel belang aan, maar al snel begon de vraag die zich sinds dat moment in mijn onderbewuste had genesteld, steeds harder als eiwit op te kloppen: Waarom was de kool het sop eigenlijk niet waard? Wat had de kool misdaan? En wat voor kool was het precies: groene, bloem-, rode of savooienkool? Deze vraag noopte mij tot onderzoek. Ik ging naar de lokale groentenboer en kocht een aantal kolen, van diverse pluimage, waarna ik zeepsop maakte, dat glinsterde als shampoo, dat het mij leek dat iedereen het waard was.

Het experiment

Toch stond ik voor dit experiment voor een aantal moeilijkheden, want hoe zou ik precies kunnen afleiden wanneer iets niet werkte, hoe bespeurde ik de vermeende inferioriteit van het groentenbestel? Ik legde mijn twijfels naast mij neer, en begon gewoon te soppen. Allereerst was er de bloemkool, die zodra het in aanraking kwam met het sopje begon te bloeien en een rozige geur verspreidde. Dit was het wel degelijk waard. Ook de rode kool viel al snel uit te sluiten. Het sop kleurde fuchsiarood en alleen voor dat effect leek de rode kool zijn bestaansrecht in het sop te garanderen. De effecten met de groene kool en savooikool waren iets teleurstellender. Op het eerste gezicht bleken ze beiden geen effect te hebben, wat zou betekenen dat het eigenlijk moest zijn: “het sop is de kolen niet waard.” En betekende dat dan niet dat ik ook niet-vegetatieve kolen zou moeten onderzoeken, zoals daar zijn steen- en bruinkool?

Ai, paniek!

Mijn onderzoek leek even in een kritieke fase. Ik zag voor me een toekomst waarin ik steeds weer opnieuw mijn gegevens zou moeten bijstellen. Wie zei bijvoorbeeld dat het sop wel het juiste sop was? Ik had vermoed dat het om zeepsop ging, maar voor hetzelfde geld was het woord een verbastering van soep, en ging het hier gewoon om ordinaire groentensoep. Dat bleek plots veel meer steek te houden, maar ik wilde dit onderzoek niet zomaar op de lange baan schuiven. En toen zag ik hoe de bladeren van de savooikool tijdens die minutenlange overpeinzing plots waren verlept, alsof het met pesticiden bestreken onkruid was. Die savooi was het sop duidelijk niet waard. Met een gerust gemoed ging ik de stad in, tot ik twee heren met bolhoeden hoorde zeggen: “Het is allemaal apekool”.

Read Full Post »